Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) komt naar voren dat jongeren tegenwoordig vaak wachten met het huis uit gaan totdat ze een baan hebben gevonden. In 2013 was 40% van de jongvolwassenen die uit huis gingen nog scholier of student. In 2019 was dit percentage nog maar 28%. Ook is in deze periode het aantal 18-jarigen die het huis uitgaan gedaald met 40%. Recentere cijfers over deze 18- tot 31-jarige die het huis uitgaan heeft het CBS nog niet.

 

Redenen

De exacte reden waarom jongeren steeds later het huis uitgaan en waarom jongeren vaak pas het huis uitgaan na hun studie heeft het CBS niet. Wel hebben zij een vermoeden. Het kan liggen aan de fors gestegen prijzen van koopwoningen en de hoge huurlasten die veel huisbazen vragen. Zo zou het misschien lastiger kunnen zijn voor een student om op een jonge leeftijd en tijdens een studie al het huis uit te gaan. Ook kan het komen door de hogere studieschuld van de studenten uit deze tijd door het leenstelsel.

 

Minder ‘boemerangkinderen’

Wel is gebleken uit de cijfers van het CBS dat jongeren minder vaak terugkeren als ze eenmaal het huis uit zijn gegaan. ‘Boemerangkinderen’ zijn jongeren die het ouderlijk huis verlaten, maar later weer terugkomen. In 2017 was het percentage ‘boemerangkinderen’ 5,4% en in 2020 was dit nog maar 4,6%. Het CBS denkt dat dit komt doordat jongeren nu vaak al een stabiel inkomen hebben als zij het huis uitgaan. Ook hebben zij langer kunnen nadenken over deze stap.

 

Bron: rtlnieuws.nl